Het is een normale werkdag. Ik pak mijn kop thee en settel me op zolder voor een ochtend bellen bij de advies & meldingendienst van Veilig Thuis Utrecht. De lucht is blauw, het voorjaar hangt in de lucht en dat zorgt voor extra ‘werk-zin’. De telefoon gaat. Het is Janine van de thuiszorgorganisatie. Fijn! Ik neem al heel wat jaartjes deel aan het expertiseteam Ouderenmishandeling en ik vind het goed om te merken dat ze ons weten te vinden.
Janine wil een melding doen. Ze heeft zorgen over een meneer van 70 jaar oud bij wie ze sinds maart 2022 betrokken is. Meneer Kort woont samen met zijn kleinzoon die ook zijn mantelzorger is.
De thuiszorgorganisatie is betrokken geraakt bij meneer Kort omdat de wonden op zijn benen niet helen. De huisarts en ook het ziekenhuis hebben grote zorgen over de situatie en het is belangrijk dat er 2 keer per dag wondzorg plaatsvindt. Janine is al een aantal maanden betrokken en ze merkt dat de kleinzoon steeds vaker de afspraken afzegt bij de thuiszorg. Er is nog minimaal ‘zicht’ op de situatie. Dit heeft Janine ook gemeld bij de huisarts en het ziekenhuis en zij maken zich steeds meer zorgen. De wonden helen niet, maar nemen juist toe. Er bestaat zelfs een kans dat er een teen geamputeerd moet worden.
Janine vertelt dat ze vorige week voor een laatste keer aan de bel getrokken heeft bij de huisarts toen ze meneer Kort ruim een week niet had gezien. De huisarts wist haar te vertellen dat er inmiddels een mentor/bewindvoerder aangesteld was. Kort daarop is meneer Kort door de politie, mentor/bewindvoerder en huisarts onder het toeziend oog van Janine per ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Zijn benen waren ingezwachteld en bij het verwijderen van deze zwachtels bleek dat de wonden waren ingesmeerd met honing.
Zijn kleinzoon had (met wellicht de beste intenties) de benen van zijn grootvader behandeld met honing voor een snellere wondgenezing. Omdat meneer Kort langere tijd niet de voorgeschreven behandeling had gekregen, heeft dat er uiteindelijk voor gezorgd dat er niet enkel een amputatie van een teen nodig was, maar een amputatie van het gehele onderbeen. Toen meneer Kort uiteindelijk akkoord gaf voor deze amputatie bleek hij fysiek niet meer in staat te zijn een dergelijk grote operatie te ondergaan. De verwachting is nu dat meneer Kort binnen een half jaar zal overlijden, aldus Janine.
Ik slik…, Janine valt even stil en uiteindelijk praten we door over hoe er zaken anders hadden gekund in dit proces. Ik vraag wat Janine nu nog van ons verwacht. Zij wil ‘gewoon’ dat deze informatie bij ons bekend is en dit bij ons melden.
Na afronding van het gesprek kijk ik weer naar buiten. De lucht is nog steeds blauw, maar mijn voorjaarsgevoel is weg. Ik denk aan mijn eigen oma, ze leeft al jaren niet meer… Maar wat genoot ze tijdens haar laatste jaren ook ontzettend van de lente en alle bloemen en planten die weer tot leven komen. Hoe zou dat voor deze meneer zijn? Als Janine, de huisarts of het ziekenhuis eerder contact met ons had opgenomen, om bovenstaande te bespreken, hadden we dan iets kunnen betekenen?
Van hoeveel seizoenen had deze meneer dan nog kunnen genieten?
De telefoon gaat weer, het is druk. Mijn gemijmer moet maar even wachten. Wie weet wie ik aan de lijn krijg. Wellicht maken we voor deze persoon wel het verschil?
Marieke Meester